index icon
Index

Langetermijnresultaten van PCI versus CABG: Overleving en Re-interventies

Pilot voor de koppeling van CBS, NHR en klinische RCT data

Inleiding

Bij patiënten met coronaire hartziekten zijn er verschillende opties voor behandeling van vernauwde kransslagaders, waaronder Percutane Coronaire Interventie (PCI) en Coronaire Arterie Bypass Grafting (CABG). Hoewel beide procedures succesvol zijn in het herstellen van de bloedtoevoer naar het hart, was er onduidelijkheid over de langetermijnresultaten van deze interventies. Dit onderzoek vergelijkt de lange termijn uitkomsten van PCI en zowel on-pump als off-pump CABG over een periode van 20 jaar.

Methode

Een datakoppelingsproject werd uitgevoerd waarbij gegevens uit de Nederlandse Hart Registratie (NHR), het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de Octopus-studies werden gebruikt. Tussen 1998 en 2000 werden in deze studies patiënten met coronaire hartziekten gerandomiseerd naar on-pump versus off-pump Coronary Artery Bypass Grafting (CABG) in de OctoPump-studie, en naar PCI versus off-pump CABG in de OctoStent-studie. De oorspronkelijke follow-up periode van 5 jaar, voor sterftecijfers en re-interventies, werd uitgebreid naar 20 jaar door middel van gegevenskoppeling. 

Resultaten

Na 20 jaar follow-up in de OctoPump-studie bedroeg de totale sterfte 50,0% bij on-pump CABG en 46,5% bij off-pump CABG. Er werd geen significant verschil gevonden in de gecombineerde uitkomst van sterfte en re-interventies (HR 0,82, 95% CI 0,59 - 1,12). In de OctoStent-studie was de totale sterfte 56,7% na PCI en 52,5% na off-pump CABG, waarbij er ook geen significant verschil werd waargenomen in de gecombineerde uitkomst van sterfte en re-interventies (HR 0,76, 95% CI 0,57 - 1,04). Echter, patiënten die off-pump CABG ondergingen, hadden significant minder re-interventies dan PCI-patiënten (HR 0,52, 95% CI 0,33 - 0,80).

Conclusie

Hoewel de overleving tussen PCI en beide CABG methoden vergelijkbaar was na 20 jaar, hadden patiënten die PCI ondergingen vaker re-interventies gedurende de follow-up periode. Deze bevindingen kunnen patiënten en artsen helpen bij het kiezen van de optimale behandeloptie voor coronaire hartziekten.

 

Mogelijkheden data koppeling / relevantie voor toekomstig onderzoek

Dit onderzoek heeft laten zien dat het succesvol koppelen van klinische gegevens aan nationale databases zoals het CBS en de NHR bij kan dragen aan kennis over langetermijnprognoses. De koppelingspercentages van 91,5% voor OctoPump, 98,2% voor OctoStent, 83,8% voor PCI data en 87.1% voor CABG data benadrukken de haalbaarheid van betrouwbare gegevensintegratie.

Voor toekomstig onderzoek opent datakoppeling de mogelijkheid om op grote schaal patiëntuitkomsten te evalueren, vooral voor langdurige follow-up studies. Het biedt een basis voor het analyseren van verschillende behandelingsopties en hun effect op de gezondheid van patiënten over meerdere decennia. Bovendien stelt het onderzoekers in staat trends in sterftecijfers en re-interventies nauwkeuriger te volgen. De bevindingen benadrukken het belang van voortdurende samenwerking tussen verschillende zorginstellingen en registraties voor toekomstige onderzoek om de zorg voor patiënten met hart- en vaatziekten te blijven verbeteren.

 

Volledige artikel te lezen via https://doi.org/10.1016/j.ijcard.2024.132426 

Auteurs en affiliaties:

Yvonne Koopa, b, Hendrik Nathoec, Michiel Botsa, Diederick E. Grobbeea, Marijke Timmermansd, Raymond H. Wimmersb, Monica Gianolie, Diederik van Dijkf, Ilonca Vaartjesa

 

a Julius Center for Health Sciences and Primary Care, Utrecht University Medical Center, Utrecht  University, Utrecht, The Netherlands
b Dutch Heart Foundation, The Hague, The Netherlands
c Department of Cardiology, Utrecht University Medical Center, Utrecht, the Netherlands
d Netherlands Heart Registration, Utrecht, The Netherlands
e Department of Cardiothoracic Surgery, Utrecht University Medical Center, Utrecht, the Netherlands
f Department of Intensive Care, Utrecht University Medical Center, Utrecht, the Netherlands