Jaarcijfers pacemaker en ICD
Inleiding
In dit hoofdstuk worden jaarcijfers voor pacemaker en implanteerbare cardioverter defibrillator (ICD) ingrepen, met algemene trends in de patiëntkarakteristieken en uitkomsten gepresenteerd. Dit betreft gegevens t/m 2023, afkomstig uit de Nederlandse Hart Registratie (NHR). Hierin verzamelen centra in de registratie pacemaker- en ICD informatie over de zorg voor patiënten die een pacemaker dan wel ICD ingreep hebben ondergaan.
Methode
Voor pacemaker en ICD zijn binnen de NHR sinds 1989 gegevens beschikbaar, welke vanaf 2017 effectief gecontroleerd en besproken worden binnen de Registratiecommissie. In Nederland worden door 70 centra pacemaker interventies uitgevoerd. Hiervan nemen er 33 deelnemen aan het Waardegedreven Hartzorg (WHZ) programma van de NHR. Van de 27 centra die ICD interventies uitvoeren nemen er 19 deelnemen aan het Benchmark follow-up project. Zij publiceren op vrijwillige basis informatie over de kwaliteit van zorg, gemeten met behulp van de voor patiënten meest relevante uitkomstvariabelen.
De inclusiecriteria zoals toegepast voor selectie van patiënten, de analyses en de analysemethodiek zijn hier terug te vinden. De methodiek voor de selectie van de NHR-variabelensets is hier terug te vinden.
Resultaten
Pacemaker
Voor de pacemaker interventies wordt in onderstaande figuur het verloop van het aantal uitgevoerde interventies in de afgelopen jaren weergegeven.
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de patiëntkarakteristieken van alle binnen het WHZ programma geregistreerde patiënten, die vanaf 2018 een pacemaker interventie hebben ondergaan.
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|
BMI (≥ 25 kg/m²) | 61,2% | 63,0% | 62,3% | 61,8% | 61,0% | 63,6% |
Diabetes mellitus | - | 17,9% | 18,6% | 19,5% | 18,6% | 18,6% |
Geslacht (man) | 58,3% | 57,5% | 59,5% | 58,7% | 58,7% | 59,3% |
Leeftijd (≥ 80 jaar) | 41,7% | 41,9% | 42,6% | 42,4% | 43,4% | 42,0% |
Linkerventrikelfunctie (EF < 30%) | 2,6% | 4,9% | 4,1% | 4,5% | 3,5% | 4,9% |
Nierinsufficiëntie (eGFR < 60) | 42,8% | 40,7% | 42,7% | 40,3% | 40,6% | 40,4% |
Pacemaker indicatie (AV-block) | 46,2% | 59,4% | 59,7% | 58,9% | 58,4% | 60,0% |
Pacemaker indicatie (hartfalen) | - | 9,9% | 9,2% | 10,8% | 9,6% | 10,7% |
Pacemaker indicatie (sinusnode disfunctie) | 62,4% | 34,0% | 36,6% | 34,9% | 33,7% | 34,0% |
Patroon AF (permanent) | 7,7% | 13,0% | 13,3% | 13,3% | 13,9% | 14,5% |
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de verschillende ruwe uitkomsten per jaar.
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|
30-daagse mortaliteit | 1,0% | 0,7% | 1,2% | 1,0% | 1,0% | 1,0% |
90-daagse mortaliteit | 2,4% | 1,6% | 2,8% | 2,4% | 2,5% | 2,2% |
Bloedingscomplicatie tijdens ziekenhuisopname | 0,5% | 0,4% | 0,5% | 0,4% | 0,3% | 0,4% |
Cardiale tamponade binnen 30 dagen | 0,1% | 0,2% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% |
Pneumothorax tijdens ziekenhuisopname | 1,0% | 0,7% | 0,5% | 0,6% | 1,0% | 0,8% |
Reïnterventie binnen 90 dagen | 1,6% | 2,3% | 1,9% | 2,0% | 2,0% | 2,5% |
De verschillende risicogecorrigeerde uitkomsten, gecorrigeerd op basis van door artsen geselecteerde relevante patiëntkarakteristieken, worden gepresenteerd in onderstaande figuren.
ICD
Voor de ICD’s wordt in onderstaande figuur het verloop van het aantal uitgevoerde interventies in de afgelopen jaren weergegeven.
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de patiëntkarakteristieken van de binnen het WHZ programma geregistreerde patiënten, die vanaf 2018 een ICD interventie hebben ondergaan.
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|
BMI (≥ 25 kg/m²) | 66,9% | 65,8% | 67,3% | 66,4% | 65,7% | 66,8% |
Diabetes mellitus | - | 20,8% | 20,1% | 21,9% | 21,0% | 22,0% |
Geslacht (man) | 75,8% | 76,3% | 76,2% | 76,5% | 75,8% | 76,9% |
ICD met pacemaker functie | 56,7% | 47,6% | 50,3% | 52,4% | 54,5% | 53,8% |
ICD-preventie (secundair) | 40,9% | 39,0% | 40,2% | 39,0% | 40,8% | 45,9% |
Leeftijd (≥ 80 jaar) | 8,7% | 10,2% | 10,5% | 10,8% | 10,1% | 11,0% |
Linkerventrikelfunctie (EF < 30%) | 34,5% | 36,8% | 36,8% | 35,1% | 34,0% | 29,7% |
Nierinsufficiëntie (eGFR < 60) | 40,7% | 40,7% | 38,0% | 37,8% | 35,5% | 35,9% |
Pacemaker indicatie (AV-block)* | - | 17,6% | 18,1% | 15,1% | 17,7% | 16,6% |
Pacemaker indicatie (hartfalen)* | - | 58,9% | 59,2% | 49,1% | 54,5% | 54,8% |
Pacemaker indicatie (sinusnode disfunctie)* | - | 8,8% | 12,1% | 10,3% | 9,4% | 12,0% |
Patroon AF (permanent) | 6,5% | 10,0% | 9,3% | 9,0% | 9,0% | 10,4% |
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de verschillende ruwe uitkomsten per jaar.
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|
30-daagse mortaliteit | 0,5% | 0,5% | 0,4% | 0,4% | 0,3% | 0,5% |
90-daagse mortaliteit | 1,3% | 1,0% | 1,3% | 1,1% | 1,2% | 1,3% |
Bloedingscomplicatie tijdens ziekenhuisopname | 0,3% | 0,6% | 0,2% | 0,6% | 0,3% | 0,6% |
Cardiale tamponade binnen 30 dagen | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,1% | 0,0% | 0,1% |
Pneumothorax tijdens ziekenhuisopname | 0,4% | 0,6% | 0,4% | 0,3% | 0,7% | 0,6% |
Reïnterventie binnen 90 dagen | 2,1% | 2,2% | 1,5% | 2,3% | 2,4% | 1,5% |
De verschillende risicogecorrigeerde uitkomsten, gecorrigeerd op basis van door artsen geselecteerde relevante patiëntkarakteristieken, worden gepresenteerd in onderstaande figuren.
Discussie
Pacemaker
Over de afgelopen jaren is een licht stijgende trend te zien in het aantal uitgevoerde pacemaker procedures (+3,2% tov 2022). De patiëntkarakteristieken blijven hierbij onveranderd: ruim 40% is ouder dan 80 jaar en ongeveer 60% is van het mannelijk geslacht. De meest voorkomende indicatie is AV-block (60%), gevolgd door sinusknoopdysfunctie (34%) en hartfalen (10,7%), echter kunnen deze overlappen.
Zowel de ruwe als de risicogecorrigeerde uitkomsten per jaar laten zien dat een pacemakerimplantatie gezien kan worden als een veilige ingreep met door de jaren heen een relatief lage kans op complicaties. De kans op reïnterventie binnen 90 dagen ligt rond 1,6-2,5% over afgelopen jaren.
ICD
Het aantal ICD procedures laat een daling zien ten opzichte van eerdere jaren (-8,6% t.o.v. 2022). Dit heeft naar alle waarschijnlijkheid te maken met de aangescherpte richtlijnen voor ICD-indicatie van de NHRA en NVVC. Aangezien dit patiënten betreft met een primaire preventie indicatie, is het percentage secundaire preventie gestegen van ongeveer 40% naar 45,9% in 2023. In de tabel met patiëntkarakteristieken per jaar zijn verder geen grote veranderingen ten opzichte van eerdere jaren. Gemiddeld is de patiënt jonger dan bij de pacemaker populatie en betreft het vaker een man. De belangrijkste ICD-indicatie is hartfalen en bij ongeveer de helft is er ook een pacemakerfunctie nodig.
Zowel de ruwe als de risicogecorrigeerde uitkomsten per jaar laten zien dat een ICD-implantatie gezien kan worden als een veilige ingreep met door de jaren heen een relatief lage kans op complicaties. De kans op reïnterventie binnen 90 dagen ligt rond 1,5-2,4% over de afgelopen jaren. De mortaliteitscijfers liggen lager dan bij de pacemaker populatie, wat te verwachten is bij een jongere patiëntenpopulatie. Echter kan dit ook te maken hebben met het feit dat bij een beperkte levensverwachting geen ICD wordt geïmplanteerd.